Mijn reis door Latinoamerica

Alle afleveringen van mijn reis door Peru, Bolivia en Argentinië in 2018.

26. De Titicacafuut

Het is hier fantastisch. Na dik tien uur diepe slaap worden we uitgerust wakker in ons Eftelinghotel. De zon schijnt op ons ronde bed. Dat klinkt overigens specialer dan het is, want je vecht de hele nacht om het midden. Ik zet de kachel aan terwijl Frieda mandarijntjes pelt voor bij de cocathee. Zachte loungetonen klinken uit ons piepkleine bluetooth speakertje. Zaterdagochtendgevoel voor het eerst in weken. Wat een heerlijke plek is dit.

Lees meer »

25. De Efteling

Een jonge Michael Jackson zingt voor me aan de oever van het gigantische Titicacameer. We wachten op onze cocktails met de felle namiddagzon op ons gezicht. Ik was nog nooit op een plek met een haven zo hoog in de bergen. Er waait een koude wind die doet vermoeden dat het hier ‘s nachts ijskoud is.

Lees meer »

24. Ondeugend

Ik zit op de stenen traptreden van een kerkje in een uitgestorven dorpje op de hoogvlakte. De zon brandt op mijn hoofd, de wind is koel. Frieda klemt geconcentreerd haar mobiel aan haar oor, Ajax speelt. Terwijl ik mijn zoveelste M&M-etje met munt weghap zit een paar meter verderop een oude, verwaarloosde vrouw. Tenminste ze ziet er oud uit, ze kan echter niet veel ouder zijn dan mijn moeder. De aanblik breekt mijn hart. Ik snap niets van armoede, heb er totaal geen verstand of ervaring mee. Andere gebruiken zijn immers niet perse beter of slechter dan de mijne. De Westerse aanname dat je slechter af bent zonder huis, zonder geloof in precies die ene god of zonder stuwdam heeft menige traditionele samenleving de kop gekost. Dus pak ik het vast verkeerd aan als ik besluit haar wat geld te geven. Ze slaat dankbaar een kruisje als Frieda het geld in haar hoed doet. Wie laat zijn moeder of die van zijn buurman nou zo aan haar lot over? 

Lees meer »

23. Thuis

Met een heel flesje hotelshampoo was ik het zweet en het junglevuil eindelijk van me af. We zijn voor de derde en laatste keer in Cusco, in het Niñoshotel, weer thuis. De receptiedame lacht als we weer binnenstappen, hier zijn we meer dan welkom. Ze belt direct naar de wasserette zodat onze kleding met de expres-service nog vanavond weer schoon in onze tas kan zitten. Schuldig breng ik een half vuilniszakje supersmerige kleren bij haar langs. Een half uurtje later zitten we met een cocatheetje in ons vertrouwde café te loungen.

Lees meer »

22. Hééét

Een luid, diep gebrul vult de lucht. Omdat ik een pietsie verstand heb van fauna en topografie, kan ik mijn opkomende oerangst dat het een leeuw betreft wegrationaliseren. Maar het gegrom van de mannelijke rode brulaap heeft verdacht veel weg van dat van de koning der dieren. Het indrukwekkende geluid vult een verder geluidsstil oerwoud. Als de brulaap brult is de rest stil. Ik ook. Met kippenvel sta ik in een junglesaunaatje van een graad of 35 muisstil aan de grond genageld. Net zoals bij een concert met hele goede muziek, gaat deze overdonderende lokroep, dwars door alle cellen van mijn lijf. Een bevrijdende, energieke ervaring.

Lees meer »

21. Program mit der Maus

“Hay un ráton en mi habitacion.” Het universum geeft mij vandaag voldoende gelegenheid mijn Spaanse woordenschat te vergroten. Uitgerekend hier waar men amper Engels spreekt houdt een rondrennende muis ons de hele nacht wakker. Om middernacht klapt de kleine druktemaker de klep van de WC dicht om vervolgens vlak naast mijn hoofd heen en weer te rennen. Steeds als we het licht uitdoen horen we hem rondtrippelen zodat we genoodzaakt zijn de rest van de nacht met het licht aan te ‘slapen’. In de verder aardedonkere jungle, betekent een verlichte doos van gaas Mekka voor alle insecten uit de wijde omtrek. Op het geluid van tegen horgaas botsende insecten vallen we af en toe onrustig in slaap. 

Lees meer »

20. Het grootste bos van de wereld

Als het vieswitte taxibusje aan het einde van een onverharde, roodstoffige weg eindelijk vaart mindert zie ik het, het grootste bos van de wereld, het Amazone regenwoud. Even stokt mijn adem bij de aanblik van de weelderige, uitgestrekte vlakte met meer tinten groen dan ik ooit zag. Zo ver mijn oog reikt zie ik vanaf een lichte verhoging het tropisch regenwoud. Er straalt een enorme, enorme rust vanuit waarvan ik even uit het veld ben geslagen. 

Lees meer »

19. De cavia

Frieda hapt binnen een paar minuten twee pannenkoeken weg. We zijn gisteravond laat aangekomen in ons vertrouwde hotel in Cusco. Het overslaan van het avondeten maken we nu goed met een uitgebreid ontbijt. Frieda reikt al naar mijn sinaasappelsap, ze is gewend dat ik dat laat staan. In Nederland ja, want daar krijg ik altijd sinaasappellimonade. Hier lachen er vijf versgeperste sinaasappels vanachter het glas naar me. Ik graai snel mijn glas voor Frieda haar neus weg. Ze kijkt beteuterd, dat snap ik maar al te goed. Iedere verdwaalde soepbal plons ik in Nederland in haar kommetje. Hier prik ik met mijn vork de op houtvuur gegrilde kip met mangodressing van Elvira vast op mijn bord om de gewoontes van mijn echtgenote te doorbreken. Het wordt tijd dat ik weer vegetariër word, maar niet vandaag. Vandaag is het tijd voor cavia.

Lees meer »

18. Een rustige dag

“Zie je hoe rustig het is?”, vraagt Eloy me. Voor een plek die zwart zou moeten zien van de toeristen is het inderdaad aan de rustige kant. “Door de staking”, meldt onze gids. Dat is dus voor het eerst dat een staking van het openbaar vervoer in mijn voordeel uitvalt. 

Lees meer »

17. De pelgrimstocht

Het is eindelijk droog, zelfs uit de douche komt geen water. Ik trotseer de valse hond om de hulp van alleskunner Elvira in te schakelen. Een net niet ijskoude straal water op je lijf is hier al heel wat. In de keuken staat weer een typisch jungle-ontbijt voor ons klaar. Met avocado, yuka, gebakken banaan en vers papayasap. Omdat er ook een gekookt eitje ligt maak ik het typische Cindy-ontbijt, broodje ei met kaas. Ondertussen drogen onze vochtige spullen uitgespreid op de stoep.  

Lees meer »

16. De regen

Om 1 uur 's nachts worden we wakker van de regen. Eerst een buitje dat snel aanzwelt tot een hoosbui die tot ver in de ochtend zal duren. Dit is het droge seizoen dus ik vraag aan Julia of het in het natte seizoen dan nog harder regent. Ze lacht. Echt wel.  

Lees meer »

15. Het paradijs

Ik kijk naar een blauw vogeltje in een sinaasappelboom. Na 1,5 uur een berg oprijden en 1,5 uur er weer vanaf, zijn we opeens in een tropische jungle op 1500 meter hoogte. Licht misselijk van de slingerende rit en misschien ook wel van een kort verblijf op weer een pittige hoogte van 4300m ga ik even liggen. Het regent en het is warm. We aanschouwen onze nieuwe omgeving vanachter wit gaas. Ik lig voor het eerst van mijn leven onder een klamboe. Dat creëert een op zich fantastische mugvrije zone, maar het maakt ook ons toch al niet grote bed weer iets kleiner. 

Lees meer »