16. Onder water

Gepubliceerd op 5 februari 2021 om 08:13

Duiken is dus hartstikke leuk en hartstikke koud. Het trainingscentrum is hier vlak om de hoek dus beginnen we de dag met een korte, ietwat nerveuze wandeling. Rugzakje met zwempak, boterhammetjes, handdoek en slippers mee. De eerste drie uur bestaan uit luisteren naar Perry, een Nieuwzeelander die 500 woorden per minuut spreekt en niet allemaal even relevant. Gevolgd door formulieren invullen, instructiefilm kijken, luisteren naar meer tekst van Perry, meerkeuzevragen maken. En dat drie keer achter elkaar....da's veels teveel tekst dus.

 

Wel erg interessante stof, zo leerden we hoe onze longen kunnen exploderen als we niet uitademen (mam, dat vergeten we echt niet), waarom we soms drijven en soms niet, en waarom we een buddy nodig hebben met duiken. Perry vertelt ons ook dat als we afdalen dat we dan lucht moeten toevoegen aan ons drijfvest en dat als we opstijgen we er alle lucht uit moeten laten lopen. Dat is erg tegenstrijdig in mijn hoofd, maar als Brady onze duikinstructeur het met ons oefent in het zwembad gaat het intuitief goed. Gelukkig maar, want mijn hoofd neemt vaak de leiding over wat er gebeurt.

's Middags legt Brady ons eerst uit hoe we de luchttank aan ons drijfvest vastmaken en hoe we de meters en mondstukken aan de tank schroeven. Zo komen we er tot onze grote opluchting achter dat er op ieder regulator maar liefst twee mondstukken zitten, een voor jezelf en een voor je buddy als die zonder lucht komt te zitten. Het delen van één mondstuk op de bodem van de oceaan, zoals je dat in James Bond films ziet is dus niet nodig. Dan is het tijd voor het gevreesde wetsuit, die krengen zitten zo strak dat je je altijd net iets te dik voelt als je hem aan doet. Ik krijg de mijne natuurlijk weer niet zonder hulp van Frieda aan, maar ik pas er in dat gelukkig wel.

De eerste hindernis in het 32 graden warme water is een drijftest. Vijf minuten watertrappen, daar liggen wij niet wakker van. Maar de eerste cursist moet hier al afhaken. Bij de zwemtest, 16 piepkleine baantjes met snorkel, flippers en duikmasker, valt hij definitief door de mand. Ons groepje is nog maar vier personen groot als we klaar zijn voor onze duikuitrusting. Die mogen we in het water aandoen, dat scheelt veel gewicht. Na onhandig gefrunnik met bandjes en gespjes legt Brady ons de eerste skills uit.

 

Skills zijn praktische dingen die je moet laten zien voordat je je diploma krijgt. Zoals je duikbril leegmaken als die vol water zit, onder water natuurlijk. Of je mondstuk terugvinden als je het hebt laten ronddrijven. Maar dat is easy, probeer maar eens het reservemondstuk van je buddy in gebruik te nemen, samen op te stijgen en je drijfvest met je mond op te blazen (want je tank zou leeg zijn in die situatie). Makkelijk? Hang eens 25 kilogram op je rug, spring in de oceaan en probeer je hoofd boven water te houden.

 

Toch slagen we glansrijk voor ieder onderdeel. Halverwege de middag haken weer twee cursisten af, omdat een van hen zich niet comfortabel voelt onder water. Ik ben opgelucht en ook een beetje verbaasd dat het zowel Frieda als mij zo redelijk afgaat. Samen doen we trouw alles na wat Brady ons voordoet, maken we grapjes en klappertanden wanneer het kan.

Als het 17 uur is laat Brady ons zien hoe we onze tank los schroeven van de regulators, hoe we het drijfvest wassen en in welke bak de flippers gaan. Ik pel Frieda uit haar wetsuit en v.v. We staan wel tien minuten onder de gloeiend hete douche. Met wild haar en grote grijns zet Brady ons af voor ons hostel. Zelfs vijf minuten wandelen is ons nu teveel. Gelukkig is het pizza-avond in Dreamtime. Wat een droomtijd hier.

Verstuurd met nat haar