In Peru moet je drie dingen altijd bij je hebben: water, cash en wc-papier. De eerste en de laatste zijn op iedere straathoek supergoedkoop te verkrijgen. Cash is hier echt een dingetje. Als je het al weet te bemachtigen dan spuugt de automaat de vrijwel onbruikbare briefjes van 100 sol uit die we dan met veel moeite en handigheid ‘klein’ maken. Een ‘groot’ briefje ‘klein’ maken vergt de nodige onderhandelingsvaardigheden dus ik oefen weer maximaal mijn Spaans. Nu waren we echter ook bijna door de grote briefjes heen, dus startten we onze zoektocht op zoek naar de schat die pinautomaat-die-ons-geld-geeft heet.
Aan geldautomaten absoluut geen gebrek, maar om onduidelijke redenen zijn ze de ene keer wel genegen om je geld te geven en de andere keer niet. Vandaag is het universum ons cashtechnisch zeer ongunstig gezind. We staan in drie lange rijen bij drie banken om cashloos en met groeiende frustratie het gebouw weer te verlaten. Waarom Peru het buitenlanders zo verschrikkelijk moeilijk maakt om hun goed gevulde bankrekeningen aan te spreken is me een raadsel. Buitenlands geld moet hier vloeien, lijkt me. In onze oplopende spanning nemen we ongemerkt weer een Nederlands tempo aan tot sterretjes mij eraan herinneren dat we toch echt op 3400m zitten. Ik haal even diep adem en realiseer me opeens dat we ook nog creditcards mee hebben. Geld halen met die dingen kost thuis geld, maar hier blijken het kosteloze sleutels tot je eigen schatkist. Voor de zekerheid trekken we de machine van de buurbank ook even leeg. We zijn 5000 stappen verder als we ook in onze derde levensbehoefte hebben voorzien.
Precies op tijd stap ik de massageruimte van het hotel binnen. Ik tref een vrouw met een hamer die ik eerst even help met het ophangen van een gordijntje waar zij niet bij kan. Vervolgens geniet ik een vol uur lang van een fantastische massage. Muy relajado ga ik even winkelen in de supermarkt met mezelf. Heerlijk vind ik dat in andere landen. Met mijn piepkleine winkelkarretje rij ik langs schappen vol muesli-mix, rijst, maïs, water en koekjes. Ik koop nog wat van die heerlijke zoute crackers, een quinoa-energiereep waar ik heel benieuwd naar ben en nog meer water.
De droge berglucht zuigt ons helemaal leeg. Bovendien ademen we door de extra hoogte meer vocht uit. We drinken ons suf zelfs 's nachts slokken we samen een liter water weg. Vijf keer per dag onze lippen en handen invetten is net genoeg om wondjes te voorkomen, maar echt fraai zien ze niet uit. De rest van ons lijf gedijt echter zeer goed hier. We zien er uitgerust en rimpelvrij uit. We krijgen al een beetje van die blozende, bruine Peruaanse wangen. En als we ons aan het gangbare tempo aanpassen voelen we ons kiplekker. Zelfs het beloofde gebrek aan eetlust blijft uit dus we schransen ons door vele heerlijke maaltijdsalades en gevulde soepen heen. Beiden verkrijgbaar voor de fenomenale prijs van 3,75 euro.
‘s Middags lopen we nog eens het oude centrum in om te winkelen en te slenteren. We lopen tegen de prachtigste stofjes aan waarvan ik zeker weet dat mijn moeder ze omzet in kunst. Op de overdekte markt doet Peru zelf haar na-het-werk-boodschappen. We vergapen ons aan de hoeveelheid, kaas, kruiden, kleuren, mensen en de variabele geuren... Ook hier doen we wat inkopen. Wat een bedrijvigheid! Ik begin te wennen aan het gekrioel van mensen, het vlotte Spaans en de ontzettend andere indeling van winkeltjes hier. IKEA is er niks bij qua opbergoplossingen. In een vakje van 2x2x2m zit een vrouw op een piepklein krukje te midden van duizenden artikelen die tot aan het plafond opgestapeld. De mooiste dingen vind je als je omhoog kijkt.
In ons hotel wagen we ons nogmaals aan een duootje pisco sours. Alle souvenirs zitten alweer onderin mijn rugzak. Ik leerde inpakken van mijn vader, die kreeg ook altijd alles mee als we op kampeervakantie gingen in onze piepkleine auto. Morgenochtend reizen we vroeg verder naar Ollantaytambo waar onze trektocht begint. Nu maar hopen dat de was op tijd klaar is….
Verstuurd met losse schouders
Maak jouw eigen website met JouwWeb