20. Het grootste bos van de wereld

Gepubliceerd op 2 januari 2021 om 09:29

Als het vieswitte taxibusje aan het einde van een onverharde, roodstoffige weg eindelijk vaart mindert zie ik het, het grootste bos van de wereld, het Amazone regenwoud. Even stokt mijn adem bij de aanblik van de weelderige, uitgestrekte vlakte met meer tinten groen dan ik ooit zag. Zo ver mijn oog reikt zie ik vanaf een lichte verhoging het tropisch regenwoud. Er straalt een enorme, enorme rust vanuit waarvan ik even uit het veld ben geslagen. 

 

De reis loopt op rolletjes, we vliegen voor het eerst in Peru. Na een slordige twee decennia over de wereld reizen valt me op dat er twee dingen altijd hetzelfde zijn, de indeling van hotelkamers en vliegen. We zitten (weer) voorin een klein luchtbusje dat met rammelend motorgeluid de benodigde hoogte maakt om het Andesgebergte te overstijgen. Binnen 20 minuten verandert het landschap naar een groene vlakte met brede, bruine rivieren die als slangen door het oerwoud kronkelen. Een hazeslaapje later staan we in het bloedhete Puerto Maldonado bij een piepklein bagagebandje dat ratelend bagage presenteert. Ook hier staat een chauffeur voor ons klaar die ons in 30 roodstoffige minuten bij het Bello horizonte aflevert. Een prachtige horizon is het zeker, direct voor de deur van onze ecolodge. 

 

Tegenstellingen vechten in mijn binnenste. Ik heb een grondige bloedhekel aan beestjes op mijn lijf, raak direct oververhit boven de 25 graden en vind ook dat onze ecolodge wel erg roodstoffig is. Maar de jungle zingt me tegemoet, de palmbomen wuiven, de boomwortels kronkelen over de grond en prachtige vogels kijken op me neer. Na een rondleiding die op het eerste gezicht een toeristisch praatje is ben ik om. Onze gids blijkt net als ik een natuurkenner en liefhebber te zijn, een aangename verrassing voor hem en mij. Op een hoge uitkijktoren laten we de zon zakken terwijl we de kenmerken van het tropisch regenwoud bespreken. De 50m-regel intrigeert mij altijd het meest. Bomen van dezelfde soort staan in tropisch regenwoud, waar ook ter wereld, minstens 50 meter van elkaar, zodat ze voldoende geïsoleerd zijn van ziektes. Bomen van dezelfde soort zijn immers vatbaar voor dezelfde ziektes. In onze Europese bossen spelen gebrek aan licht en warmte een veel grotere rol, waardoor een bos op de Utrechtse heuvelrug max een boomsoort of vijf bevat, een Zweeds bos hooguit twee soorten. 

 

Ik kijk naar de junglebodem. Terwijl de muggen door mijn broek heen prikken zie ik de boomwortels over de grond krioelen. In de tropen maken de bacteriën en schimmels die het bladafval omzetten in voeding voor de bomen overuren, dus is de laag voedselrijke grond verrassend dun voor zo'n groot bos. Wortels in horizontale richting graaien meer goeds bij elkaar dan in verticale richting. Aan water geen gebrek hier… Dan valt mijn oog op weer zo’n boom met van die zijbalken. Grote bomen in de tropen hebben van die steunbalken zoals middeleeuwse kerken. Ondiepe wortels vereisen een ander soort steun. Alle hoogtes worden hier benut waardoor het best wel donker is voor een bos zo vlak bij de evenaar. Lianen slingeren alle onbenutte ruimtes dicht. 

 

In het snelle schemer lopen we terug. Op onze kamer liggen extra kussens voor onze vermoeide nekjes en in de bar schudt de barman een pisco sour voor me. Speciaal voor Frieda klotst hij haar lievelingscocktail samen, een piña colada met cocos uit de achtertuin. Het heerlijke avondeten is gestoomd in een holle bamboestengel en het internationale gezelschap deels bekend van andere reisdelen. Eten, drinken en slapen doen we in kooien van gaas die een mugarme zone verzorgen. Maar op de WC schiet een gekkootje net zo geschrokken als ik weg als ik het licht aan doe.

 

Terwijl de donkere jungle haar avondlied zingt drinken we onze cocktails in de barkooi van groen gaas. Het is aangenaam koel, het zwembad licht blauw op en mijn zaklamp is helemaal opgeladen. Ik hoop van harte dat ik het hier naar mijn zin blijf hebben.

 

Verstuurd met gemengde gevoelens