36. Dingo’s

Gepubliceerd op 24 februari 2021 om 10:12

Vlak voor zonsondergang stappen we uit onze tent en hollen naar de WC. Clint gaat zo het chemische kamptoilet kilometers verderop legen om het gereed te maken voor de volgende groep. We hebben dan 1,5 toiletloze uren te overbruggen, dus nemen we het zekere voor het onzekere. We ruimen gezamenlijk het kamp op, ik doe de afwas met koud zeewater en klets gezellig met Ben uit België. Ben liep gisteravond tijdens het jengaspel een schunnige tekening op zijn gezicht op, met permanente stift. Een van de voordelen van zo'n meidengroep is dat er veel collectieve kennis is van het aanbrengen én verwijderen van make-up. Na het nodige poetswerk met damesspulletjes was Ben weer toonbaar. Voor de zekerheid vraagt hij mij nog even hoe hij eruit ziet. Van de tekening gelukkig geen spoor.

Voor de eerste rit neemt Frieda plaats achter het stuur. Ze stuurt ons na 1 km strand richting het binnenland, want vandaag rijden we over de zandwegen in het uitgestrekte regenwoud van Fraser island. Met mul zand, diepe kuilen en een vast spoor zijn zandwegen veel pittiger om op te rijden dan het strand. Frieda wordt er niet warm of koud van en rijdt lekker door. Na een koffiestop rijden we naar Lake McKenzie, een kristalhelder meer midden in het regenwoud, ver boven zeeniveau. Frieda en ik spelen waterpolo met de beachvolleybal tot de rest zijn of haar koudwatervrees heeft overwonnen. Clint heeft voor alle momenten een spel en hier past lummelen blijkbaar goed bij. Ik doe overal aan mee, waarom ben ik anders op reis met een groep en spring tussen de bikini’s en zwembroeken hoog op om de bal te onderscheppen. Ook qua fitheid doe ik gelukkig (nog) niet onder voor de twintigers.

Met rammelende maag rijd ik ons naar central station waar we gaan lunchen. De weg is moeilijk begaanbaar, veel los zand en we hangen regelmatig wel heel scheef in onze gordels. Ik volg Clint op de voet, of liever gezegd de band, en rijd precies in zijn spoor. Hij kent deze weg op zijn duimpje, gelukkig want ik zou anders binnen vijf minuten vastzitten of het hele onderstel onder de auto uitrijden. Via de walkie-talkie geeft hij doorlopend instructies en wisselen we grapjes of flarden keiharde muziek uit. Ik kan bijna niet geloven dat ik zomaar over een zandweg door een prachtig regenwoud rij. Kaarsrechte bomen rijzen links en rechts statig omhoog, lianen hangen wachtend op een Tarzan omlaag en cycades geven het geheel een mesozoïsche uitstraling. Het is hier donker, vochtig en koel.

De heerlijke lunchwraps vervelen nooit, zeker niet als de picknickplek het regenwoud is. We zijn in Central station, het hart van de houtkap ooit, er was hier zelfs een trein en een school. Inmiddels is Fraser island een nationaal park en werelderfgoed dus je mag er nog geen korrel zand van meenemen. De treinrails zijn jammer genoeg afgebroken, dat had veel CO2-uitstoot gescheeld. Nu komt de hele wereld het eiland aan gort rijden met 4WD-jes. Net als ik.

Clint neemt ons mee op een wandeling door het woud. We luisteren naar de sapstroom in een eucalyptus, voelen haar zijdeachtige bast en huiveren voor een gigantische wurgvijg, die me doet denken aan de Duivelsstrik in Harry Potter. Wat straalt dit regenwoud een rust uit. Voor de oorspronkelijke bewoners was dit gebied voorbehouden aan de vrouwen. Mannen die dit gebied betreden sterven volgens hun overleveringen binnen zeven dagen een langzame, pijnlijke dood. Clint is daar blijkbaar immuun voor. Ik denk terug aan de gezelligheid van gisteravond toen we didgeridoo leerden spelen. Dat is zo'n aboriginal-toeter. Die is blijkbaar alleen aan mannen voorbehouden, want als je als vrouw een houten didgeridoo bespeelt, word je óf binnen zeven dagen zwanger óf nooit meer zwanger. Lekker vaag, maar Clint heeft voor de zekerheid didgeridoo's van PVC-buizen voor ons meegenomen. We blazen er flink op los en ik ben verbaasd als ik dat kenmerkende lage, vibrerende geluid uit een grijze, plastic pijp weet te produceren.

Dan krijgen we nog een ijsje in het resort dat de thuisbasis van deze reisorganisatie vormt en Clint snijdt een verse kokosnoot uit de achtertuin aan. Zoet en zacht. Ik start de weg terug met een prachtige rit over het strand. De Duitse dames en Frieda zijn uitstekend gezelschap dus hebben we de grootste lol. We hebben al vaak grapjes gemaakt over de afwezigheid van dingo's. We houden overal en altijd rekening met de aanwezigheid van dingo's, maar hebben er nog niet één gezien. Op onze laatste rit zien we er twee. Als snuffelende, magere honden struinen ze rustig over het zand. Ik laat me niet foppen, dingo's zijn wilde, onvoorspelbare roofdieren, geen knuffelpuppies. Na de nodige foto's door het gesloten autoraam rijden we verder. Nicole zet speciaal voor mij New York van Frank Sinatra op, zodat we luidkeels zingend de pont op rijden. Ik zwaai naar Fraser of K'gari zoals aboriginals het eiland noemen.

Op de pont bliept mijn mobiel weer aan. Direct bekijk ik de videoboodschappen van mijn leerlingen. Ze hebben bij bosjes aan mijn verjaardag gedacht. Ontroerd kijk ik naar hun vrolijke, bekende gezichten. Helena van 23 zegt me dat mijn leerlingen vast dol op me zijn dat ze op hun eerste schooldag aan mijn verjaardag denken. Ik ben vervuld met trots. Terug in de echte wereld dient er op echt asfalt links gereden te worden conform de geldende verkeersregels. Leonie die al een tijdje in Australië woont en rondrijdt neemt het stuur van me over. We rijden tot aan Noosa grotendeels over het strand, met een korte onderbreking over een verharde weg als de vloed het strand teveel heeft ingenomen.

Moe en met pijn in het hart nemen we afscheid van elkaar. Hoewel het in het begin niet zo leek was dit toch het leukste reisgezelschap tot nu toe. Bijna net zo leuk als Havo 4C en dat wil wat zeggen. Dropbear, onze reisorganisatie, geeft ons een gratis lift naar ons AirBnB-appartement. Moe, ongedoucht en met dezelfde kleding als drie dagen terug, worden we door Judie en Jamie ontvangen in een super-de-luxe suite. Wat een contrast met ons kampeeravontuur. Dit is veel luxer dan de beschrijving, de foto's en de prijs doen vermoeden. Marmeren badkamer met twee douches, privé-zwembad en grote open keuken. Wat een toevalstreffer, want we blijven hier een hele week.
We slaan brood, fruit en wijn in bij Coles en schuifelen vervolgens de pizzeria in omdat we te moe en te hongerig zijn om nog te koken. De pizza is heerlijk. Na vier stukjes valt Frieda op de bank in slaap. Ik verheug me op het comfortabele kingsize bed, met schoon beddengoed. Eindelijk slapen.

Verstuurd vanaf de bank met een zeer voldaan gevoel