41. Afscheid van Noosa

Gepubliceerd op 1 maart 2021 om 07:56

Het afscheid van Noosa valt me zwaar. Voor de laatste keer zie ik de zon reflecteren op het rimpelende zwembadwater. In mijn eentje op het terras neem ik alles nog eens goed in me op. Dan valt mijn oog op de bodem van het zwembad, er ligt iets wits. Een van de twee stenen vogelbeeldjes is er vannacht ingevallen, de andere kijkt van boven over het randje naar zijn verdronken muurgenootje. Een grappig gezicht.

 

We staan nog eens onder die fantastische dubbele douche in de natuurstenen badkamer en drinken versgezette koffie. Dan is het echt tijd om te gaan. Ik trek mijn telefoon uit de, in de muur geïntegreerde USB-poort, hijs mijn rugzak op mijn rug en loop de trap omhoog naar Jamie's deur. Hij staat al een half uur buiten te vegen, zodat hij ons niet mis kan lopen en rekt het afscheid tot onze vreugde lekker op door allerlei open verhaallijnen te spinnen. We geven hem een dikke knuffel en lopen dan de heuvel af. Hij roept ons nog vele gelukswensen toe, die wij zwaaiend beantwoorden. Ik zal hem missen, nog meer dan het appartement.

Zeven dagen Noosa, het lijkt lang, tot je het naar je zin krijgt en dan vliegt de tijd voorbij. We koken er hier op los, wandelen en rennen langs de kust en spelen canasta tot ik eindelijk weer eens win. Net als thuis, maar dan met zon, zee, strand, zwembad en marmeren badkamer. We ontvangen zelfs gasten, Nicole en Leonie, voor we met zijn vieren sushi gaan eten. Een kwartiertje nadat ik Jamie netjes om toestemming heb gevraagd, staat hij plots met twee extra wijnglazen naast het zwembad, voor onze gasten. Het totaal aantal wijnglazen in het appartement komt daarmee op negen....hij laat geen kans voorbij gaan om met ons te kletsen en voor de verandering stel ik dat zeer op prijs.

 

Ik geniet van de heerlijke sushi met krokant gebakken zoete aardappel erin. Het gezelschap van de Duitse meiden is verfrissend. Ze zijn, hoewel piepjong, flink bereisd en zeer aangenaam in de conversatie. Als ze wegrijden in hun oude, witte auto zwaaien er nog lang armen uit de ramen op het wegstervende geluid van een motor die niet lang meer heeft, af en toe overstemd door het luide stemgeluid van Nicole.

De greyhoundbus trekt ons los van het vertrouwde, comfortabele Noosa op weg naar het nieuwe en onbekende. De route voert ons grotendeels langs de oceaan, ik speur het water af naar walvissen. Geen succes. Dit is het laatste stukje Australië dat we per greyhound afleggen. Zodra we Brisbane bereiken, hebben we sinds Cairns 2200 km per bus gereisd. Van Amsterdam naar Gibraltar. 
Aan de twee- en driebaanswegen waar voor Australische begrippen verschrikkelijk hard mag worden gereden, wel 100 km per uur, merk ik dat we een grote stad naderen. Gisteren heb ik Brisbane en Sydney gegoogled, hoe groot kunnen die steden hier in het verre Australië nou helemaal zijn? Pittig groot dus. Brisbane telt 2,2 miljoen inwoners, Sydney 4,7. Dat betekent dat 1 op de 3 ozzies in een van deze twee steden woont. Een wonder dat we überhaupt nog mensen elders hebben gezien.

Ons onderkomen is veel groter en luxer dan de kamer die we dachten te hebben geboekt. Een gezellige studio onderin een 'oud' huis vol handige IKEA-opbergoplossingen. Hoewel de prijs anders doet vermoeden, hoeven we behalve de riante oprijlaan niets te delen met anderen. We zitten wel een klein bushalfuurtje van het centrum. Met onze go-cards in de ene en telefoon met bus-app in de andere trachten we de juiste bushalte en bus te vinden. Dat valt nog niet mee, want hier rijden opeens tientallen lijnen door elkaar heen. Na weken op het platteland zijn we dat niet meer gewend. Vooral Brisbane cultural centre, waar we moeten overstappen, blijkt een frenzy van bussen die om de minuut af en aan rijden. Gelukkig komt lijn 202 ons keurig op tijd oppikken. Julian, onze host, vangt ons op en leidt ons rond. Hij heeft eitjes, boter en brood klaargelegd voor het ontbijt. 

Je kunt haast geen plek langs de oostkust van Australië bedenken of er is wel een Coles op loopafstand. Zo ook hier. We halen een grote salade met extra plakjes rode biet, tonijn en maïs. En bruine boterhammen die Frieda ergens achteraf vindt. Bedreven als we zijn, zoeken we niet langer naar drank in de supermarkt. Er zit altijd een aparte slijter naast, waar de wijn vreemd genoeg goedkoper is dan het bier. Geen probleem wat ons betreft. Onze in Nederland al favoriete Australische wijnen schaffen we hier in een eeuwigdurende aanbieding heel voordelig aan. Het geluk is met mij, want op de terugweg poept er een vogel faliekant over mijn felgekleurde shirt heen. Altijd fijn.

 

Terug op de Plimsoll street smullen we van onze salade met brood en wijn. Nu alleen nog een leuke film uitzoeken op de Apple-TV met Netflix. Afscheid nemen heeft ook zo zijn goede kanten.

Verstuurd met zin in nieuwe ervaringen