Dikke vlokken sneeuw vallen uit de lucht als we laat in de avond aankomen op het vliegveld van La Paz. Ik kijk even omhoog naar de stipjes in de lucht. Als kind vond ik sneeuw al magisch. Christian staat ons op te wachten in een piepklein schoonwit autootje met sneeuw overal. Met beslagen ramen rijdt hij ons naar het vertrouwde Rosario hotel, waar ons een warme douche en zacht bed wachten. We geven hem ons laatste blikje bier dat hij dankbaar aanneemt.
Met eindelijk weer echte WiFi appen we wat met onze reisorganisatie. Zoals steeds krijgen we ook nu onze boarding passes voor onze vluchten van morgen. We vliegen naar Buenos Aires met een tussenstop op Santa Cruz in Bolivia. Ik bekijk de eerste boarding pass…. Santiago de Chili….ik weet bijna zeker dat dat in Chili ligt, Santa Cruz was een foutje in ons reisschema. Aaah! Na een nacht in het donker boven de wc, een lange, lange dag gammeltjes in een hotsende jeep en een late vlucht vergt dit om 23 uur iets meer van mijn aanpassingsvermogen dan gebruikelijk. Chili? Hebben we daar visa voor nodig? Geld? Hoe laat is het daar? Is het veilig? Ik weet niet veel van onze onverwachte reisbestemming.
Na een flinke vloek zie ik er de lol ook wel van in. Chili, daar was ik nog nooit. Bovendien is Santiago de Chili de thuishaven van LATAM, de maatschappij waar we mee vliegen. Elena laat ons weten dat we tijdens onze transfer niet door de douane hoeven. We hoeven niet in te checken op Chileens grondgebied wat veel tijd en gedoe scheelt. Dus voegen we Chili toe aan onze wereldklok en aan onze reis.
Frieda droomt van gemiste vluchten, vertragingen en verkeerd geld. Ik voel me als nieuw als we keurig te vroeg op het vliegveld worden afgeleverd. Tijdens de rit voer ik mijn beste Spaanse gesprek ever. Een beetje versteld over mijn eigen kunnen zit ik een beetje over het weer in Uyuni, in La Paz en in Nederland te kletsen. In de juiste verleden tijd… Profesora Claudia zou glimmen van trots.
Met een stopje minder in Bolivia zitten we wel met een pakje briefgeld teveel. Direct naast de wc zit gelukkig een wisselkantoortje van 2x1m. Graag Argentijnse pesos, por favor. De wisselmevrouw telt aandachtig onze stapel Bolivianos, 259 Bs, een eurootje of 30. Ze rekent wat en schuift dan een klein deel terug. We kopen haar hele voorraad Argentijns geld op… Dan telt ze de pesos uit. 100, 200, 300, ze blijft tellen, 900, 1000. Met een nog veel dikker pak geld van ruim 1000 pesos in de broekzak gaan we richting security. Mijn hoofd rekent zich suf om na te gaan wat een peso waard is. Dat zegt overigens niets, want mijn hoofdrekenkunde was voor menig basisschoolleraar naast mijn, blijkbaar gebrekkige, handschrift ooit reden om mijn redelijk bemiddelde intelligentie ter discussie te stellen. Frieda produceert binnen een seconde, “2.4 cent dus ongeveer delen door 40” en stelt helemaal niets ter discussie.
Na de gebruikelijke metaaldetector volgt er een voor ons nieuwe controle. In Australië en Nieuw-Zeeland maken we al kennis met de ‘Biohazard controll’ (controle op biologische bedreigingen). Hier worden onze tassen minutieus op drugs onderzocht. Geen hond te bekennen dus ieder paracetamolletje wordt omgedraaid. Geen idee hoe ze dat met onze grote rugzakken doen, maar onze handbagage wordt clean verklaard. Met nog wat van die klapstempels in ons paspoort checken we uit uit Bolivia.
In de overvolle vertrekhal liggen mensen op de grond te slapen. Door de hevige sneeuwval en de erop volgende mist heeft in de nacht en vroege ochtend geen vliegtuig La Paz kunnen verlaten of bereiken. Kalmer dan de situatie doet vermoeden zakken we in een koffiehoek neer. Met WiFi, lekkere koffie en uitstekend gezelschap van een gestrande Duitse mevrouw wachten we vol vertrouwen tot onze vlucht wordt afgeroepen. Een luid protest volgt als de mensen die sinds 3 uur vannacht wachten, te horen krijgen dat hun vlucht is geannuleerd. We houden onze vlucht en die van onze vertraagde tafelgenote strak in de gaten. We kunnen allemaal aan boord van onze geboekte vluchten. Wij zelfs bijna op tijd.
Met twee uurtjes zetten we voet aan Chileense bodem. Als je de bergen wegdenkt is het net Nederland buiten. Hierbinnen niet. We haasten ons licht langs de borden ‘connecting passengers’ naar een balietje. In mijn beste Spaans vraag ik waar we nu heen moeten. De baliedame begrijpt mij heel goed, ik versta echter geen woord van wat zij zegt….dit kan geen Spaans zijn. Lachend wijst ze ons in het Engels de weg. Voor de eerste dorst schaffen we een flesje water aan, 1750 pesos….een hamburger kost 6790. Naast de wc geen bak voor het toiletpapier. Alles is hier anders. Jammer dat we alweer weg gaan.
Verstuurd met dank aan Elena
Maak jouw eigen website met JouwWeb