"Ik heb het warm en koud tegelijk", rilt ze met rode, warme wangen. In de harde, ijskoude tegenwind op de dijk pakt ze al hollend mijn hand vast. Met smeltend hart hou ik haar met mijn grote lijf zorgvuldig uit de wind, zodat ze door kan rennen, kan uitvinden waar haar grenzen liggen en kracht kan opbouwen voor wat voor haar ligt. Het leven.
Geheel uit zichzelf oppert ze een week of twee geleden dat ze best een rondje met me mee kan hollen. Als ik toch ga. Wat of dat ze aan moet doen. 's Ochtends staat ze met paardrijbroek, gympen en donsjas voor de deur. Al in de warming-up huppelt ze me er met haar atletische lijf uit. Passerende zondagochtendwandelaars kijken ons lachend en vertederd na. Na wat sprintjes, als het aankomt op doorzetten, aanhouden, doseren en je gedachten verzetten, volgt ze me trouw. Ze verkent iets nieuws in zichzelf. Voor het eerst holt ze een heel rondje park.
Terwijl we opwarmen in de keuken van mijn ouders worstelen we armpje voor ze haar uiterste best doet me op de grond te krijgen. Ze meet haar krachten, vergelijkt, balanceert, test uit. Ze draait warm voor het echte leven. Dus doe ik wat me te doen staat. Me niet inhouden, mijn kracht en vernuft voluit inzetten, opdat zij in alle veiligheid kan oefenen. Dus maai ik haar keer op keer, op eigen verzoek, hard onderuit om haar net boven de grond op te vangen. Ze is snel, lenig, sterk en ongeduldig. En piept niet als ik haar per ongeluk toch halfslachtig tegen de vloer laat kwakken. Ze komt er wel.
Over een paar dagen is het zover. De dag dat ik haar voor het eerst in mijn armen hield. Dat ze halverwege het eerste flesje dat ze uit mijn hand dronk, vol overgave tegen me aan in slaap viel. De dag dat mijn broer me tijdens het 8ste uur met V5 belde en slikte toen hij me haar naam vertelde. De dag dat Frieda in een mix vol verbazing en vertedering een maillootje maat 44 ophield in de babywinkel. De dag we er als familie een dochter, zusje, kleindochter en nichtje bijkregen. Een prinsesje dat onze familiesystemen voorgoed aan elkaar zou verbinden.
Ik weet het nog goed, dat ik met dat hikkende, roze bundeltje schattigheid in mijn handen zat en besloot wat voor tante ik wilde zijn. Eentje die er altijd voor haar is, ook als ze vet ondeugend is. Eentje van wie je eerlijkheid kunt verwachten ook als je het zelf niet altijd kunt zijn. Een tante vol plannetjes voor als het anders loopt. Eentje met goed gemoed, met luisterend oor en wijze raad. Een tante waar je op kunt vertrouwen, omdat je haar al je hele leven kent.
Overmorgen wordt ze 10. Hoewel we het gisteren al samen vierden, maak ik stiekem plannetjes om het heetst van de dinsdagavondspits te trotseren om bij haar te zijn op De Dag. Niet verklappen hoor, ze is dol op verrassingen.
Geschreven in onvoorwaardelijke liefde
Maak jouw eigen website met JouwWeb