Als ik door de vroege ochtend heftig gefrustreerd naar het station fiets weet ik dat ik goud heb aangeboord. Ik ben onderweg naar de tweede dag van een opleiding over goed onderwijs. Wegens gisteren behaalde rendementen kijk ik daar bij hoge uitzondering niet naar uit. De organisatie heeft een uniek talent om de laatste baanbrekende ontdekkingen in de onderwijswetenschap te gieten in een opleidingsvorm die aan geen van die kenmerken voldoet. Do not teach what you preach, lijkt het devies.
Waar lading op zit, heb ik werk te doen. Ik hoor mijn innerlijke observator rustig benoemen wat ons allemaal niet zint. Breinpauzes met verplichte jongleeracts, de onmogelijkheid tot het stellen van vragen, uitsluitend zendende sprekers, gedwongen uitwisselingsrondes van maar liefst 32 seconden die iedere gedachtenflarde aan stukken rijten. Voortdurend onderbroken in mijn diepere leren, gedwongen ‘leuk’ doen met een bord draaiend op een stokje en vol prangende, onbeantwoorde vragen verlaat ik de congreshal om vermoeid thuis op de bank te ploffen. Van deze breinpauzes rust míjn hoofd niet uit.
De treinreis naar dag twee gebruik ik om het goud dat achter mijn ergernis ligt te oogsten. Maar hoe moest dat ook alweer? Ik denk aan de twee thema’s die mij momenteel bezig houden: Wijsheid en eenzaamheid. Bij gebrek aan inspiratie besluit ik ze te googlen. Wijsheid is vriendelijk, vast, zeker, onbekommerd, … ik lees nog even door tot het woord God me erop attendeert dat ik een stukje bijbel lees. Een interessant stukje dat ergens resoneert maar met geen woord rept over eenzaamheid.
Herenigd met mijn beste collega in de aansluitende trein herinnert hij me aan het zoeken in de schaduw in geval van ergernis. Ik grabbel een kwartiertje rond tot ik mijn ontvankelijkheid als tegenpool van mijn scherpe oordeel op de kwaliteit van de cursus opduikel. Vriendelijk en onbekommerd besluit ik het voor mij optimale uit deze dag te halen.
De spreekster is van topklasse. Haar kennis en kunde zijn een welkome aanvulling op de door mij twee jaar geleden ingezette docent-ommezwaai. Van haar leer ik het belang van willekeurig gekozen leermaatjes, dat de meest waardevolle feedback die van leerling naar leraar is en hoe precies de hoeveelheid voorkennis vast te stellen. Zij ontdekte ook in tien jaar onderzoek wat vooral niet werkt. Beloningen geven laat ik voortaan achterwege, net als niveaugroepen maken. Hapklaar en compact vertelt ze mij wat ik kom halen, in goed verstaanbaar Brits.
De organisatie doet echter ook vandaag haar uiterste best om mijn vers verrichte schaduwwerk ongedaan te maken. Ook vandaag dienen vragen niet gesteld, we zijn hier tenslotte niet om te leren. Mijn gedachtenstromen moeten verdeeld over tientallen uitwisselmomenten van 34 seconden (!) met steeds weer een vreemde. Want dat is goed...waarvoor precies blijft onduidelijk. Tot overmaat van ramp word ik de helft van de dag blootgesteld aan kennis en kunde die het grootste deel van de groep al als voorkennis bezit. Wat de urgentie van aansluiten daarop overigens wel treffend agendeert. En Miss Clarke, een onderwijswetenschapper van wereldformaat, moet de uitgelopen tijd van anderen goed maken. Ik blijf met open hoofd en hart luisteren. Het kost me moeite. Ik voel me, ondanks de gezelligheid van collega’s, eenzaam.
Hoe kan je er zo naast zitten? Kennis over goed onderwijs en er ook naar handelen zijn blijkbaar twee hele verschillende dingen. Of zou men expres alle worst practices hebben verzameld om deze dagen te vullen? Van die voorbeelden van hoe het dus vooral níet moet. Lekker zenden de hele dag, niks terugvragen, niks checken, eenheidsworst voor de hele groep, werkvormen opleggen en als je weerstand voelt gewoon even doorduwen.
Ik denk aan mijn voornemen, ontvankelijkheid, als mijn collega dapper de microfoon opeist om de vraag die ons al 48 uur bezig houdt eindelijk te stellen. Met alerte blik observeer ik Miss Clarke als ze onze complexe kwestie oplost. Als ze als antwoord vol zelfvertrouwen een wedervraag stelt, zie ik de wijsheid van deze vrouw. “Wat denk jij dat het beste is?”, vraagt ze mijn collega. Hij en ik hebben het antwoord op onze vraag en niemand anders. Zij spreekt hooguit de experts, die we zijn op dit gebied, in ons aan.
Dit is zonder twijfel het meest leerzame moment van deze zware tweedaagse. Mijn gerichtheid op een extern antwoord maakte dat wat ik al wist onbereikbaar. Een scherp oog voor kwaliteit samen met een ontvankelijke blik maakt een stukje innerlijke wijsheid in me los.
De congresorganisatie maakt ter afronding nog de kolossale misser door, geheel tegen overweldigend wetenschappelijk bewijs, toch één persoon uit het publiek te belonen met een persoonlijke overhandiging van het certificaat. De mijne komt via de mail, ik zal wel iets minder goed hebben gedaan, dit is het effect van beloningen...Als Miss Clarke onze beteuterde gezichten aanschouwt ontglipt haar een oprecht “You’ve just ruined everything!” richting de organisatie. Ik vermoed dat mevrouw Clarke zich ook wel eens eenzaam voelt.
Geschreven met iets meer zelfkennis
Maak jouw eigen website met JouwWeb