Vilja

Gepubliceerd op 3 augustus 2019 om 20:25

Terwijl ze met vaste hand door de spits van Vilnius rijdt, vertelt ze hoe verrast ze was dat mijn zwager haar nog voordat ze jarig is, op belde. Al jaren zijn zij geen collega's meer, maar trouw feliciteert hij haar jaarlijks telefonisch. Hij vergeet het nooit, “dat klinkt als mijn broer”,  meldt Frieda trots.

 

Verheugd accepteren wij het aanbod van de Litouwse Vilja om ons wat van Vilnius te laten zien. Het eerste wat ze doet is ons de stad uitrijden naar een Armeens restaurant. Ze is uiterst aangenaam gezelschap. In ‘stonecoal’ Engels doorspekt met Litouws vertelt ze over haar leven, haar Sovjettijd en wat wij vooral van Litouwen moeten zien. Met een buik vol gegrild Armeens eten scheuren we over de snelweg, die ooit ook als landingsbaan diende, terug naar Vilnius. De ons zo bekende Oost-Duitse betonplaten worden om ons heen geleidelijk vervangen door asfalt. 

 

Ze strooit vele “Very nice, very quick“-jes rond als ze ons denderend over de klinkers van de binnenstad op een sightseeing trakteert. Bij ondergaande zon aanschouwen we de skyline van de derde Baltische hoofdstad van onze reis. Ze dropt ons midden voor de deur van ons Marriott hotel, dat ik steevast Marigold hotel noem. “I pick you up tomorrow, ja”, en weg is ze.

 

Na een nacht op een bed met het slaapcomfort vergelijkbaar met een wolk zitten we aan het ontbijt. Frieda ritselt nog even poedersuiker voor bij haar poffertjes voor we met Vilja richting Kaunas rijden. Dat blijkt echter niet onze bestemming, als we het bordje Birštonas passeren. Een heus kuuroord compleet met medicinale waterbronnen onthult zich tijdens een prachtige wandeling. Vol enthousiasme proef ik een grote slok van het smerigste bronwater ooit, zout, gezwaveld en met een metalen nasmaak. Vilja hanteert het motto ‘hoe smeriger, hoe gezonder’ en vult een hele fles. Ik giechel als Frieda het hele zwikkie op straat tuft nadat ik haar heb verzekerd hoe lekker het is. Ze trapt er ook bij de volgende twee bronnen in, wat ben ik toch een loeder. Nog tot diep in de middag hebben we lol iedere keer als we water op tafel hebben. “Is healthy or normal water?”, vraagt Vilja met pretoogjes. Ook zij vindt kraanwater lekkerder.

 

Gelukkig heeft Birštonas ook andere toepassingen voor het geneeskrachtige water bedacht. We inhaleren de  vochtige dampen die tussen natte natuurmuren hangt, tot diep in onze longblaasjes. Op ligbedjes sudderen we in een broeikasje naast een fontein met geelbruin water. Ter afronding lopen we blootsvoets een ronde over het Kneipp-pad dat met een ondergrondje of 20 al onze drukpunten maximaal pijnigt. De dennenappels passeer ik het snelst….We blussen het geheel af met een koel voetenbad in weer ander ‘gezond’ water. Ik geniet met open mond en blosjes op mijn wangen.

 

Kaunas is ook prachtig, maar ik ben ook nu weer bijzonder geïnteresseerd in de tijd die Vilja doorbracht onder Sovjet bezetting. In al haar verhalen is er een ‘voor’ en ‘na’, de onafhankelijkheid van Litouwen in 1991 is haar keerpunt. Met een brok in mijn keel luister ik naar haar versie van 23 augustus 1989, de dag van de menselijke keten van Tallinn naar Vilnius. Sta ik zomaar oog in oog met een schakeltje wereldgeschiedenis. Op de terugweg vermaak ik me optimaal met kentekens scannen op grappige woorden. ‘FNV’, ‘TOF’, ‘ANK’, ‘KUD’, idem met een ‘t’.....

 

Met pijn in het hart zwaaien we Vilja na, terwijl ze ons zo druk kushandjes toewerpt dat ze bijna door rood rijdt. Wij stappen in de vroege avond nog even de oude binnenstad in. Wonderschoon, modern, gezellig, met om de tien meter een kerk of kathedraal. Voor de koffie herinner ik me opeens vrijhaven Uzupis, een kunstenaars/krakers/alto-wijk die zichzelf een aantal jaren terug tot onafhankelijke republiek heeft uitgeroepen. Eigen grondwetje en alles erbij, ludiek bedoeld om iedereen zichzelf te laten zijn. Terwijl in Nederland zelfs ING een regenboogje danst in de botenparade, houden wij voor het eerst sinds Finland heel even elkaars hand op straat vast in het vrije Uzupis. 

 

Met lome benen ploffen we in de lounge van het Best exotic Marigold hotel voor een cocktailtje. Wegens enorm gezellig welkomthuisgevoel boeken we er nog twee nachtjes aan vast. Vilnius is fantastisch.

 

Geschreven met dank aan zwager B.