De Bouwmeester

Gepubliceerd op 1 januari 2022 om 01:36

“Ziet er goed uit”, knikt hij bij de aanblik van de totaal gestripte bijkeuken van mijn ouders. Ik laat mijn blik langs de pokdalige muren vol cementresten gaan, de wind ruist zachtjes door het opengebroken plafond, mijn voeten op de zwarte, vochtige aarde die onder de betonnen vloer verscheen na dagen jekkeren. Ik zie hem denken, creëren, bouwen en weet dat hij ziet wat er nog niet is, maar kan zijn. Met een rilling realiseer ik me hoe mooi het zal worden. 

 

Nadat de oude granieten badkamervloer van mijn ouders het zoveelste litertje douchewater over de lager gelegen garderobe had uitgegoten, vond hij dat het tijd was voor een nieuwe badkamer. Een ‘plannetje’ noemt hij dat, die grote kleine broer van me. Effies de bijkeuken van tegels, plafond en vloer ontdoen, nieuw riool aanleggen, muurtje ertussen, leidingwerk doen, toilet verplaatsen, …. mijn redelijk bemeten vermogen tot plannen en organiseren houdt het amper bij. Rustig tikt hij een lijstje benodigdheden in zijn mobiel.

 

Of dat mijn vader en ik dan vast de tegels willen afbikken. Tuurlijk, uiteraard. Als ik na uren drillen, met stof bedekt en oorverdoofd het piepkleine stukje vrije muur aanschouw, luwt mijn enthousiasme. Vanuit mijn ooghoeken zie ik nog net de vonk waarmee mijn vader met de grote boorhamer sportief het snoer doortikt. Nu kunnen we even pauze houden. Zwijgend drinken we hete thee. Mijn moeder kijkt ons meewarig aan, zij weet als geen ander dat we altijd afmaken wat we beginnen. Ik merk dat ik wacht tot hij weer terugkomt.

 

Het gemak waarmee hij direct bij thuiskomst een nieuw boorhamersnoer uit zijn voorraad trekt, doet vermoeden dat hij in zijn 30-jaar lange klusloopbaan ook wel eens een vonkje heeft geproduceerd. Rustig hamert hij de weerbarstige betonnen ondergrond dusdanig aan gort dat het ook mij daarna lukt om er stukjes van los te trillen. Een oneindige stroom puin volgt, emmer na emmer leeg ik op die arme aanhanger. Na drie dagen bikken, volledig afgesloten van alles en iedereen wegens dubbele gehoorbescherming en stoffige veiligheidsbril, staan we tevreden in het neerdalende stof. Koperen leidingen bungelen waar ooit een muurtje stond, een gat gaapt waar ik de toiletpot aan diggelen sloeg. Het begint ergens op te lijken zegt hij geruststellend. 

 

Mijn moeder sjouwt, terwijl wij de laatste restjes beton wegbeuken, opgewekt een emmertje of twintig weg. “Doe maar halfvol”, zegt ze nog. Ik kijk haar vol bewondering na, welke vrouw van 77 verbouwt haar eigen badkamer? Ondertussen sleuft mijn broer daadkrachtig waterleidingen en afvoer in de aftandse muren, zodat zich opeens de contouren van de nieuwe ruimte aftekenen. Een korte vloek sterft weg als mijn vader, na het doorboren van de oude waterleiding, naar de hoofdkraan holt. Da’s ook veel leuker voor het verhaal, pap. Ik zet geoefend een emmertje water uit de stallen naast de achterdeur, zeepie erbij, handdoekje aan de deurklink. Na een paar decennia kamperen en wereldreizen red ik me prima zonder stromend water.

 

Met speels gemak repareert hij met een glimmend stukje koperen leiding ook dat waarvan ik vreesde dat het lang ging duren. Wat een vakmanschap, ondertussen leert hij mij ook nog terloops wanneer PVC wel en niet te lijmen, de voordelen van kunststof waterleidingen en hoe een betonvloer te storten en waterpas af te werken. Na een klein weekje klussen, als mijn blaren een beetje helen, begint het me te voegen. Onder genot van het betere deel van de top-2000 zetten we de eerste opbouwfase in gang. Ik kijk vol bewondering naar wat er uit zijn handen komt.

 

Het ziet er zo eenvoudig uit dat je bijna zou vergeten hoe vaak hij dit heeft moeten oefenen voor het goed ging. Hoeveel waterleidinkjes, snoeren en afvoeren hij vloekend heeft geraakt. Hoe lang hij toiletten heeft geplaatst tot hij ze in een uurtje werkend kon neerzetten. Hoe ontzettend veel gereedschap hij heeft uitgeprobeerd tot hij precies het juiste vond. Hoeveel zwaar, gevaarlijk en vies werk er aan dat ene eenvoudige klusje vooraf ging. Hoe lang het duurt voor je een paleis kan zien in wat nog een bouwval is. 

 

Ik ken hem al zijn hele leven, maar sta verrast te kijken naar wat hij voor elkaar krijgt. Dat we als gezin een badkamer bouwen waar eerder niks was. Dat kunnen klussers niet, dat is uitsluitend weggelegd voor bouwmeesters.

 

Geschreven voor mijn broer