Inburgeren

Gepubliceerd op 8 december 2023 om 12:33

Hoewel ik het al zeker weet, vraag ik het toch nog een keer aan de vriendelijke mevrouw van het bezoekerscentrum. Of we hier echt in de oceaan kunnen zwemmen. Zeker weten? Ze knikt bevestigend en vol begrip. Zwemmen in de zee is in het grootste deel van Australië wegens giftige kwallen, zoutwaterkrokodillen en haaien, een waanzinnig slecht idee. Dus check ik het een keer of tien. Het kan. It giet oan.

 

Op het uitgestorven stand schop ik mijn slippers in het zand en loop voor het eerst in mijn leven het water van de Indische oceaan in. Best wel koud als je uit de warme zon komt, maar ik zet door tot kopje onder. Ondanks jarenlange koudwaterervaring op waterpolo-toernooien treuzelt Frieda lang. Uiteindelijk neemt ook zij een duik, samen drijven we op weer een nieuwe plek. De zon schittert op het rustig deinende water. 

 

Op het strand zwermen de vliegen meteen weer op ons af. Gisteren kocht ik, nog zonder een beestje te hebben gezien, voor de zekerheid insectenspul van Australische makelij. Het universum geeft mij vaak precies de juiste ingevingen. Dankbaar smeren we een half flesje weg. De vliegen blijven irritant om ons gezicht zweven, maar prikken ons niet meer. Ik voel me heerlijk in de wind, de zon, het geluid van de oceaan. 

 

Met de auto verkennen we ons stadje. Lopend kan hier niks dus zoeven we in koele airco met 60 km/u over breed asfalt door de bebouwde kom. Rijden is hier supereenvoudig. Nergens fietsers en auto’s hebben altijd voorrang. Winkelen doet men hier ook bij voorkeur overdekt binnen en op zo min mogelijk stapjes van de parkeerplaats. Overal is plek. Altijd. Dit is Australië.

 

We winkelen lang zonder iets te kopen. Het is hier anders. Cricketspullen in de sportwinkel, stoere werkkleding voor in de hitte,  marmitechips en heel veel insectide in de supermarkt. De natuur neemt hier duidelijk de overhand. Op straat een klein meisje met glitter cowboylaarzen en enorme pickuptrucks met kangaroerekje, grote schijnwerpers en vijf antennes erop. Ik kijk mijn ogen uit. 

 

Om in nationale sfeer te blijven eten weer vandaag waar de locals eten en ook wat de locals eten. Vet, veel en weggespoeld met liters koud bier. Luide mannen met roodverbrande neus en uiterst goed humeur naast vrouwen met tatoeages en vergelijkbaar humeur. Cricket op zes TV’s. We zitten hier om de zon onder te zien gaan, iets waar de rest minder mee bezig lijkt te zijn. Het went blijkbaar toch, zo’n oceaan voor je deur. Frieda neemt de kleinste cappuccino ter grootte van een klein emmertje. Voor de WC moet je door de ruimte waar gelukszoekers wedden op paarden en honden. 

 

De zon zakt in de oceaan. Ik voel meteen de opkomende kou van een wolkenloze nacht. Dat belooft sterrenpracht van West-Australische proporties. Tijd om naar huis te gaan en de wekker te zetten. Morgen gaan we wat leuks doen.

 

Verstuurd met volle buik